De overheid is nog maar net begonnen met de implementatie van Internet of Things-oplossingen. Tegelijkertijd biedt IoT-technologie de overheid (zowel gemeenten als de landelijke overheid) uitgelezen mogelijkheden om het leven van burgers te veraangenamen en de eigen efficiency te verhogen. Dat stelt het bekende markonderzoeksbureau Ovum Consulting vast in zijn jongste rapport ‘What Government does with Things’. Het rapport hebben wij hier alvast voor u klaar staan (16 pagina’s, PDF, 256 Kb). Gratis te downloaden, zoals u van IoT Journaal gewend bent.

Het onderzoek van Ovum bevestigt nog maar eens dat de overheid veel te winnen heeft door de toepassing van Internet of Things-technologie. Op landelijk niveau wijzen de onderzoekers op bijvoorbeeld het bouwen van een ‘smart grid’ voor de elektriciteitsvoorziening. Daarmee zouden al een paar uitdagingen worden geadresseerd. Denk aan burgers die zelf energie produceren en terug willen verkopen aan de energieleveranciers. Of bezitters van elektrisch auto’s die voor vervelende verbruikspieken kunnen zorgen als zij hun zomaar voertuig aan de lader hangen.

Graag een integraal verkeerssysteem

Maar de echte IoT-winnaars zouden de steden zijn, aldus Ovum. Het bureau concludeert dat de eerste stappen op het IoT-pad vaak bestaan uit de vervanging van oude lantaarnpalen door slimme varianten, uitgerust met sensoren. Daar is niets mis mee, maar het zou handig zijn als steden doorpakten en bijvoorbeeld integrale verkeerssystemen implementeerden. Dat is sowieso een vereiste voor de verwachte golf aan zelfrijdende auto’s, aldus Ovum.

Politiek gekibbel en wantrouwen van burgers

Hoe komt het dat IoT bij de overheid nog in de kinderschoenen staat? Die belangrijke vraag wordt door de onderzoekers van Ovum maar ten dele beantwoord. Zij geven het voorbeeld van ‘smart waste’: de slimme verwerking van (huis)afval. Met in het kielzog daarvan de invoering van ‘Pay as you Throw’, vrij vertaald: ‘betaal naar wat je weg gooit’. Burgers zouden hierdoor in plaats van een jaarlijkse afvalbelasting te betalen, kunnen afrekenen naar hetgeen zij daadwerkelijk aan afval produceren. Dat klinkt misschien ideaal, maar het is de invoering van dergelijke oplossingen loopt bij gemeenten vaak spaak door interne politieke onenigheid en de onwil van burgers.

Gestaakte proefprojecten

Ovum wijst op proefprojecten die al in 2000 door de Britse overheid werden ingesteld. In diverse gemeenten werden vuilnisbakken uitgerust met sensoren om de vuilbezetting te meten. Dat zorgde voor ongekende weerstand binnen de gemeentebesturen zelf én bij de burgers. Die laatste groep wantrouwde de overheid als het aankwam op de eerlijke bedoelingen voor het inzetten van sensoren in de vuilnisbakken. In 2010 zijn de bewuste experimenten dan ook gestaakt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Verplichte velden zijn gemarkeerd met *